donderdag 28 juli 2011

Opvoeding


Napels centraal station, 16.43 uur. ‘Nee, hier is het alleen voor de hogesnelheidslijn,’ zegt de man aan het loket tegen een voordringend heerschap. ‘Hoe bedoelt u, alleen hogesnelheidslijn,’ begint de man boos, ‘ik heb hier al die tijd staan wachten, en nu vertelt u mij dat ik geen kaartje kan kopen.’ ‘Ziet u die rode streep,’ verheft de loketbeambte nu ook zijn stem, ‘voor regionaal is de andere rij. Er staat daar een bord.’

‘Andere rij, andere rij?!’ roept de klant kwaad, ‘niks andere rij! Wat is dat voor onzin!’ ‘Ooeoeèèèwww,’ schudt de kaartverkoper zijn handen, ‘wat een personaggio.’ ‘U bent zelf een personaggio!’ schreeuwt de voordringer, ‘en ik wil mijn kaartje!’ Wij staan allemaal heel hard naar onze voeten of naar het plafond te staren, Napels is nu eenmaal een stad waarin iedereen altijd de andere kant op kijkt.

‘Scheer je weg!’ begint de kaartverkoper nu echt op te warmen, ‘wegwezen! U heeft geen enkele opvoeding!’ ‘Dit is een SCHANDE! Een regelrechte SCHANDE!’ protesteert de man. ‘UIT MIJN OGEN!’ dondert de beambte, ‘ik wil u hier niet meer zien!’ ‘Schandalig!’ tiert de afdruipende man nog, ‘belachelijk!’ ‘De OPVOEDING!’ roept de kaartverkoper hem achterna, ‘wat een gebrek aan opvoeding, dat kan niet eens lezen, er staat toch een bord!’

Om mij heen is de instemming voelbaar. Wij vinden het een goede, assertieve loketbeambte.